Het tijdelijkheidsdilemma
Ik ben 40 geworden en net als toen ik 30, 20 en 10 werd zet dat je aan het denken. Ik kan me nog herinneren dat ik 10 werd en hoe verschrikkelijk ik dat vond. Ik stond op het schoolplein, alleen, en dacht na over de magie van enkelvoudige getallen, cijfers. 7 vond ik een mooie leeftijd. 9 ook, ware het niet dat dat al zo dichtbij de 10 was. Met 10 werd leeftijd tellen een complexe aangelegenheid, een gekunsteld geheel en verloor leeftijd de samengebalde kracht die in een cijfer verborgen lag.
Toen werd ik 20 en dacht dat m'n leven wel ongeveer ten einde was. M'n jeugd was voorbij en veel meer zou er wel niet komen. Toen ik 30 werd zag ik de onnozelheid van die gedachte in en besloot te breken met die 10-jarige cyclus van zelfbeklag.
Ook de jaren tussen 40 en 50 zullen ongetwijfeld hun eigen unieke kwaliteiten hebben en de moeite waard zijn om geleefd te worden. Maar de prijs die voor die jaren betaald moet worden is vrij hoog, namelijk 50 worden.
Ik weet nog dat ik als kind buikpijn kreeg als ik, 's avonds in bed, dacht aan de dood. Hetzelfde gevoel, maar dan iets positiever, bekroop me als ik naar de sterren keek en het besef liet doordringen dat de ruimte oneindig groot was. Dat besef kon je niet zomaar oproepen. Je kon de condities scheppen door omhoog te staren en de mantra te prevelen "alsmaar door, alsmaar door..." Als het besef daar was, trok het bloed naar je buik en kreeg je kippenvel.
Ook het besef van de dood bevatte een factor oneindigheid. Want de onbegrijpelijkheid van de dood is dat je oneindig lang dood zult zijn, dat je nooit meer terug zult keren en dat niemand meer van je bestaan zal weten. Als je sterft, ben je levenslang veroordeeld tot de dood. Ook dit besef was niet zomaar op te roepen, je moest er wel wat voor doen. Daardoor werd het mogelijk het onbegrijpelijke los te laten en me te richten op het begrijpbare.
Dat alles vergaat, is een bittere pil om te slikken. Leven is als het bouwen van zandkastelen met heel droog zand. De waan van de dag heeft een heel beperkte houdbaarheidsdatum. Het is niet moeilijk te beseffen dat je richten op zaken die tijdelijk zijn niet veel zin heeft. Het tijdloze, eeuwige is een veel betere investering. Als je eenmaal bent 'ingetuned' op het tijdloze, kun je je weer bezig houden met tijdelijkheden, omdat je daarin het tijdloze zult herkennen.
Waarom zou je leven? Wat motiveert je? Misschien bestaat er zoiets als een geheime missie. Opdrachten die je vanuit dat tijdloze domein zijn ingefluisterd voor of vlak na je geboorte. Dat je iets te vervullen hebt. Vaak is het niet iets concreets maar blijft het een leven lang onuitgesproken of zelfs ongedacht. Maar het geeft onherroepelijk een richting aan je leven en inspireert de keuzes die je maakt.
Ook zonder die missie drijft je instinct je voort om pap te eten en je voort te planten. Maar jouw onuitgesproken persoonlijke missie is het zout in de pap.
Tune in, turn on, drop out!
Toen werd ik 20 en dacht dat m'n leven wel ongeveer ten einde was. M'n jeugd was voorbij en veel meer zou er wel niet komen. Toen ik 30 werd zag ik de onnozelheid van die gedachte in en besloot te breken met die 10-jarige cyclus van zelfbeklag.
Ook de jaren tussen 40 en 50 zullen ongetwijfeld hun eigen unieke kwaliteiten hebben en de moeite waard zijn om geleefd te worden. Maar de prijs die voor die jaren betaald moet worden is vrij hoog, namelijk 50 worden.
Ik weet nog dat ik als kind buikpijn kreeg als ik, 's avonds in bed, dacht aan de dood. Hetzelfde gevoel, maar dan iets positiever, bekroop me als ik naar de sterren keek en het besef liet doordringen dat de ruimte oneindig groot was. Dat besef kon je niet zomaar oproepen. Je kon de condities scheppen door omhoog te staren en de mantra te prevelen "alsmaar door, alsmaar door..." Als het besef daar was, trok het bloed naar je buik en kreeg je kippenvel.
Ook het besef van de dood bevatte een factor oneindigheid. Want de onbegrijpelijkheid van de dood is dat je oneindig lang dood zult zijn, dat je nooit meer terug zult keren en dat niemand meer van je bestaan zal weten. Als je sterft, ben je levenslang veroordeeld tot de dood. Ook dit besef was niet zomaar op te roepen, je moest er wel wat voor doen. Daardoor werd het mogelijk het onbegrijpelijke los te laten en me te richten op het begrijpbare.
Dat alles vergaat, is een bittere pil om te slikken. Leven is als het bouwen van zandkastelen met heel droog zand. De waan van de dag heeft een heel beperkte houdbaarheidsdatum. Het is niet moeilijk te beseffen dat je richten op zaken die tijdelijk zijn niet veel zin heeft. Het tijdloze, eeuwige is een veel betere investering. Als je eenmaal bent 'ingetuned' op het tijdloze, kun je je weer bezig houden met tijdelijkheden, omdat je daarin het tijdloze zult herkennen.
Waarom zou je leven? Wat motiveert je? Misschien bestaat er zoiets als een geheime missie. Opdrachten die je vanuit dat tijdloze domein zijn ingefluisterd voor of vlak na je geboorte. Dat je iets te vervullen hebt. Vaak is het niet iets concreets maar blijft het een leven lang onuitgesproken of zelfs ongedacht. Maar het geeft onherroepelijk een richting aan je leven en inspireert de keuzes die je maakt.
Ook zonder die missie drijft je instinct je voort om pap te eten en je voort te planten. Maar jouw onuitgesproken persoonlijke missie is het zout in de pap.
Tune in, turn on, drop out!
Labels: bespiegelingelarij
0 Reacties:
Een reactie posten
<< Home